Textielbedrukking

Ja dat kan. U heeft geen ervaring met opmaakprogramma’s nodig om te starten met textielbedrukking. Wij bieden u een eenvoudig te gebruiken softwarepakket, geschikt voor toepassingen zoals textielbedrukking. Wij zorgen voor de installatie én kunnen opleiding voorzien.

RIP staat voor Raster Image Processing. Deze software zorgt ervoor dat uw ontwerp correct wordt doorgestuurd naar de printer. Dit type software heeft u nodig als u wilt starten met textielbedrukking. Bij Roland printers is deze software inclusief. Het gebruik is eenvoudig en wordt toegelicht tijdens de installatie.

Een vector is een lijn en een vectorafbeelding is een computer getekende lijntekening. U kan vectorafbeeldingen zonder kwaliteitsverlies verschalen. Als u cutflex of printflex wilt uitsnijden heeft u een ontwerp nodig met vectoriële snijlijnen.

U kan zelf een vectorafbeelding maken via een ontwerpprogramma, zoals SAi Flexi of Adobe Illustrator, of u kan beelden downloaden via een beeldenbibliotheek, zoals Shutterstock of Adobe Stock. Als u een vectorafbeelding download, zal u vaak zelf de snijlijnen moeten tekenen.

De RIP software moet snijlijnen kunnen herkennen. Als u gekleurde cutflex wil uitsnijden, zijn alle lijnen van uw ontwerp snijlijnen. De software weet perfect wat er moet gebeuren.

Voor printflex zal u zelf de snijlijnen moeten aanduiden in het opmaakprogramma. Niet moeilijk, wel uiterst belangrijk! Selecteer de snijlijn(en), geef deze lijn(en) een willekeurige kleur. Vervolgens maakt u van die kleur een Spot Color (of steunkleur) en noemt u deze kleur 'CutContour'. Enkel zo zal de RIP software uw snijlijnen herkennen.

Cutflex heeft een standaard rolbreedte van 50 cm. Printflex en de bijhorende applicatietape hebben een standaard rolbreedte van 75 cm, maar zijn vaak ook op 50 cm verkrijgbaar.

Zowel cutflex als flock worden in spiegelbeeld uitgesneden met behulp van een snijplotter, vervolgens uitgepeld en door middel van een hittepers op het gewenste textiel getransfereerd. Tot slot haalt u de drager weg. Ontdek hoe eenvoudig textielbedrukking met cutflex of flock is. Onze video tutorial over cutflex toont u de werkwijze stap voor stap.

Eerst wordt het ontwerp op de printflex geprint en vervolgens wordt het uitgesneden. Het overbodige flexmateriaal wordt weg gepeld en het resterende materiaal wordt van een speciale applicatietape voorzien. Na het aanbrengen van de tape wordt de drager verwijderd en komt de lijmzijde bloot te liggen. Deze zijde komt op het textiel te liggen, waarna er getransfereerd wordt met behulp van de hittepers. Tot slot haalt u de applicatietape weg nadat de hittepers geopend is. Onze video tutorial over printflex toont u de werkwijze stap voor stap.

Er bestaat printflex voor solvent, eco-solvent en HP Latex inkt. Raadpleeg de gebruikersinstructies.

U kan zonder problemen cutflex en printflex contoursnijden met een standaard sleepmes of tangentiëel mes. Flock daarentegen is een iets dikkere folie waarvoor u een speciaal mes dient te gebruiken Het exacte mestype is afhankelijk van het type snijplotter.

Indien u een Roland print & cut toestel heeft, gebruik dan voor flock Roland Contour Snijmesjes ZECA-3050.

Indien u een Summa toestel met sleepmes heeft, gebruik dan voor flock Summa Dragknife Sandblast én meshouder voor 2 mm. Dit mes past NIET in de standaard meshouder van 1,5 mm.

Indien u een Summa toestel met tangentiëel mes heeft, gebruik dan voor flock Summa Tangential Sandblast Knife. Dit mes past in uw standaard tangentiële meshouder.

Het type applicatietape hangt af van het type printflex. In de gebruikersinstructies vindt u welke applicatietape geschikt is voor uw toepassing.

Als u een hittepers aanschaft, kan u starten met gekleurde cutflex folie.

Als u een hittepers en een snijplotter aanschaft, kan u starten met gekleurde cutflex voor textielbedrukking.

In vergelijking met zelfklevend vinyl is flex stugger en daardoor iets moeilijker los te krijgen van de drager. Gebruik een pelpen met haak, speciaal voor flex.

We maken een onderscheid tussen hot peel en cold peel flex. Bij hot peel verwijdert u de kunststofdrager meteen na het persen, wanneer het materiaal nog warm is. Bij cold peel verwijdert u hem pas wanneer de drager is afgekoeld. Er zijn verschillende soorten lijm, vandaar beide soorten. Bij hot peel hecht de lijm direct op de kleding. Verwijdert u bij de cold peel te snel, dan trekt u niet alleen de drager, maar ook het transfermateriaal los. In de gebruikersinstructies vindt u terug wanneer u hot of cold moet pellen.

Raadpleeg onze gebruikersinstructies. Hier vindt u per product alle nodige informatie waaronder het correcte snijmes en de inktcomptabiliteit.

Neen, als u steeds hetzelfde materiaal gebruikt is dit niet nodig. Als u van materiaal verandert, raden we u aan om een snijtest uit te voeren. Bij dit advies geldt dat uw toestel in onderhouden staat is. Contacteer ons voor meer informatie over onze onderhoudsdiensten.

Raadpleeg onze gebruikersinstructies. Hier vindt u per product alle nodige informatie waaronder de temperatuur en perstijd.

Ja, als de kleuren dezelfde pers instellingen hebben en de dragers elkaar niet overlappen. Raadpleeg de gebruikersinstructies.

Ja, u kan bijna alle cutflex kleuren en printflex folies over elkaar plaatsen, ook wel overlappen genoemd. In de gebruikersinstructies vindt u terug welke kleuren geschikt zijn om te overlappen. Onze video tutorial over flex overlappen toont u de werkwijze stap voor stap.

Ritssluitingen of knopen maken textielbedrukking soms moeilijk. Hier bestaan twee oplossingen voor: gebruik een teflon kussen of verwissel de onderplaat met een passend formaat. Onze tutorial over ritssluitingen en knopen toont u de werkwijze stap voor stap.

Ja, dankzij de Flex Remover kan u zowel flex als flock verwijderen nadat u geperst heeft. Breng deze vloeistof aan op het textiel om foutjes te corrigeren of om alle flex of flock te verwijderen. Bekijk de tutorial over de Flex Remover.

Ja, maar wij raden aan het kledingstuk om te draaien met het drukwerk aan de binnenkant. Wacht 24 uur alvorens te wassen en was nooit warmer dan aangegeven in de gebruikersinstructies.

Neen, wij raden dit niet aan.

Neen, strijk nooit rechtstreeks op de print. Draai het kledingstuk om met het drukwerk aan de binnenkant.

Onze flex is wasbestendig. Lamineren is enkel nodig voor kleding die zeer frequent wordt gewassen of wordt blootgesteld aan wrijving.

Het aanbod is enorm. Bijna alle confectie kleding is te personaliseren. Denk aan T-shirts, polo’s, hemden, hoodies, fleece, windstoppers, shorts, werkbroeken, mutsen en meer. Ook voorwerpen kan u bedrukken met transfer. Gekende toepassingen zijn voetballen, petten of tote bags. Grove weefsels zoals gebreide truien kan u niet bedrukken met transferdruk.

Ja, maar enkel met speciale flex voor nylon.

Kleding of voorwerpen gemaakt van nylon of lycra, zoals regenvesten of paraplu’s, zijn behandeld met een afstotende toplaag. De samenstelling van deze toplaag wordt bepaald door de fabrikant. Hierdoor kan het voorkomen dat de cutflex of printflex speciaal voor nylon toch onvoldoende hecht. Daarom raden wij aan om eerst de hechting te testen, alvorens de productie aan te vangen. Bekijk alle flex voor nylon.

Ja, maar enkel met speciale flex voor gesublimeerde kleding. Deze speciale flex hebben een kristallijne laag zodat u gesublimeerd textiel opnieuw kan bedrukken met cutflex. Deze laag verhindert het verderzetten van het sublimatieproces. Hierdoor zal deze flex geen kleur overnemen van het gesublimeerde onderliggende textiel in polyester. Bekijk alle subli-stop flex.

Ja, katoen is ideaal voor transferdruk.

Hoewel de folie zal hechten, zal de stof ingedrukt worden door de druk van de pers.

Ja, de kleur van het textiel heeft geen effect op het resultaat. Bijna alle cut-en printflex folies zijn opaak met uitzondering van de transparante printflex.

Er zijn verschillende grote distributeurs van promotieel textiel op de markt. Aan u de keuze! Gebruik zoektermen zoals promotioneel textiel en confectiekleding.

Het kan gebeuren dat uw flex loskomt na het transfereren. Controleer of de oorzaak één van onderstaande zaken is:

• Het ontwerp is te fijn voor de weving van de stof
• De stof is te harig om voldoende hechting te geven aan de flex
• Het textiel is nylon of acryl. U heeft standaard flex gebruikt in plaats van flex voor nylon.
• Het textiel is nylon of acryl en u heeft flex voor nylon gebruikt. De nylon is langs de buitenzijde behandeld waardoor het niet geschikt is voor bedrukking.
• De temperatuur wordt niet goed verdeeld over uw bovenplaat. Er is iets mis met uw hittepers. Controleer dit met een infraroodthermometer.
• De ingestelde temperatuur zoals voorgeschreven in de gebruikersinstructies werd niet gerespecteerd.
• De perstijd zoals voorgeschreven in de gebruikersinstructies werd niet gerespecteerd
• U heeft de drager te snel of te traag verwijderd. Controleer indien het transfermateriaal hot peel of cold peel is in de gebruikersinstructies.

Indien u de drie laatst omschreven problemen meteen na het persen opmerkt en de flex niet gescheurd is, kan er opnieuw geperst worden.

Als de flex loskomt na het wassen, is de kans groot dat de wasvoorschriften niet gerespecteerd werden. Wij raden u aan een eigen document met wasvoorschriften op te stellen en dit te overhandigen aan uw klant. Maak hiervoor onderstaande richtlijnen.

• Wacht 24u alvorens te wassen
• Draai kledij om met het drukwerk aan de binnenkant tijdens het wassen en tijdens het strijken
• Was nooit warmer dan aanbevolen. Raadpleeg de gebruikersinstructies. De maximum temperatuur varieert tussen 30°C en 60°C)
• Vermijd chemisch reinigen, bleken en machinaal drogen